Gisteren (zondag 28 november 2010) was het duidelijk vroegwinsters wandelweer. Dat dachten er meer. Hemel blauw. Lucht helder. Temperatuur laag. Tijd te over.
Dan kom je bijvoorbeeld terecht bij een, vanuit de lucht bezien, rechthoekig stuk water. Het rijdt daar paard, het biket daar mountain, het loopt daar hard en het wandelt daar maar wat aan. Meeuw, gans, koet, domp en scholver dobberen er wat rond. Door ontwikkelingsgedoe ziet het er niet uit.
De Hooge Kampse Plas - zo lees ik in een wandelbeschrijving op Eropuit - is een zandwinningsplas, ontstaan bij de aanleg van viaducten over de A27. Daarna werd de plas gebruikt als afvalstortplaats en kreeg de bijnaam ‘Stinkgat van Groenekan’. Nu mag de natuur zich er ontwikkelen, een beetje geholpen door de aanleg van geleidelijk aflopende oevers.
Ik houd het meest van de halflandlijkheid, schreef Vestdijk ooit, in 'Zelfkant':
Ik houd het meest van de halflandlijkheidAnno nu kon hij daar wellicht dit mee bedoeld hebben.
van vage weidewinden, die met lijnen
vol wasgoed spelen, van fabrieksterreinen
waar tussen armlijk gras de lorrie rijdt
bevracht met het geheim der dokspoorlijnen
want 'k weet, er is daar, waar men 't leven slijt
en toch niet leeft, zwervend, meer eenzaamheid
te vinden dan in bergen of ravijnen;
de walm van stoomtram en van blekerij
of van de ovens, waar men schelpen brandt
is meer dan thijmgeur, aanstichter van dromen,
en 't zwarte kalfje in 't weitje aan de rand
wordt door een onverhoopt gedicht bevrijd
en in één beeld met sintels opgenomen.
Op de achtergrond de voormalige Fortistoren, thans in ontwikkeling om te dienen als Provinciehuis, op een geldvergende wijze waar niet iedereen vrolijk van wordt, geloof ik.
Omdat ik voor de voortzetting van dit blog nog twijfel tussen de thema's bouwplekken en verkeers- en andere borden, heb ik de onderstaande foto ook maar geplaatst, genomen aan het ene einde van het het fiets- en wandelpad dat parallel loopt aan de A 27 tussen het spoor Bilthoven-Utrecht en de Groenekanse weg (hier zou ik dan een linkje moeten kunnen maken naar een kaartje moeten kunnen maken).
In Groenekan kunnen ze niet allemaal lezen, en zeker niet op zondag.